zaterdag 23 april 2011

Burger gedood bij explosie bermbom in district Khanabad in Kunduz

Een burger is zaterdag om het leven gekomen bij de ontploffing van een bermbom in Basus in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz. Een andere burger raakte gewond.

Dat heeft districtspolitiechef kolonel Mohammad Rahim aan het persagentschap Pajhwok verteld. De explosie vond plaats in het gebied Basus in het zuidoostelijke district Khanabad toen een politiewagen passeerde.

Een bewoner van Basus zei dat de toestand van de gewonde stabiel is. Hij is overgebracht naar het Kunduz Civil Hospital.

Veiligheidsfunctionarissen maakten onlangs bekend dat de afgelopen vijf maanden 600 bermbommen waren ontdekt en onschadelijk zijn gemaakt in de provincie Kunduz.

Zie ook:
600 bermbommen geruimd in Kunduz maar dreiging blijft aanwezig

vrijdag 22 april 2011

“Veiligheidssituatie in Kunduz relatief goed”

Commandant der Strijdkrachten Peter van Uhm en de baas van de militaire inlichtingen en veiligheidsdienst (MIVD) Pieter Cobelens hebben gezegd dat de veiligheid in Kunduz relatief goed is.

Generaal Van Uhm en Cobelens informeerden de Kamer donderdag over de veiligheidssituatie in de Noord-Afghaanse provincie.

Volgens Cobelens is de veiligheidssituatie in Kunduz relatief goed vergeleken met andere regio’s in Afghanistan. In het noorden van het land vindt 4 procent van het aantal gewelddadigheden plaats, zo citeert de Telegraaf de MIVD-chef.

Cobelens zei dat er wel in het eerste kwartaal van het jaar vier “in het oog springende” incidenten waren.

De Telegraaf meldt daarvan als voorbeeld de zelfmoordaanslag van 10 maart, waarbij de politiecommandant van de provincie Kunduz om het leven kwam.

Daarnaast waren er nog drie grote zelfmoordaanslagen in de provincie, een waarbij de gouverneur van het district Char Dara omkwam, een op een rekruteringscentrum van het leger en een op een overheidsgebouw, waarbij tientallen mensen de dood vonden.

Eerder dit jaar meldde de VN 11 gewelddadige incidenten in 2011 in Kunduz, waarbij in totaal ongeveer 100 doden vielen.

De Telegraaf meldt niet hoeveel van die vier procent van het aantal gewelddadigheden in het noorden van Afghanistan juist in de provincie Kunduz plaatsvinden.

Kunduz staat juist bekend als een van de gewelddadigste provincies in het noorden van het land. Vier procent in het noorden zegt dus relatief weinig over Kunduz.

Daarnaast neemt de strijd en het geweld in Afghanistan jaarlijks in de lente en de zomer toe. Een eerste kwartaal is dus altijd relatief veiliger dan een tweede en derde kwartaal in het land.

Het oosten en het zuiden zijn de meest gewelddadige regio’s. Het westen wordt door verslaggevers aangeduid als relatief veilig.

Crimaliteit en drugs
Kunduz heeft volgens Cobelens “een rijk crimineel verleden”. Hij noemde de doorvoer van drugs een groot probleem.

Veel potentiële agenten zijn ook verslaafd aan drugs. De Nederlandse trainers zullen rekruten eerst aan een drugstest onderwerpen.

Kunduz is een belangrijke provincie voor de doorvoer van drugs naar buurland Tadzjikistan en verder naar Rusland.

Deze zomer beginnen Nederlandse militairen en marechaussees aan de begeleiding van Afghaanse agenten. In 2012 gaan Nederlanders ook de basiscursus aan politierekruten geven.



Kamer en kabinet over veiligheid

In de brief van 20 april van het kabinet, waarin Kamervragen van 14 april worden beantwoord, staat dat de veiligheidssituatie in het noorden van Afghanistan in de provincies Kunduz en Faryab het slechtste is.

Het kabinet meldt: "Van de noordelijke provincies zijn Kunduz en Faryab relatief het onveiligst."

Men kan zich afvragen waarom het kabinet niet gewoon zegt welke van de twee het onveiligst is? En waarom Nederland juist naar de meest onveilige provincie gaat in het noorden?

Kamervragen over veiligheid
9
Is het waar dat de veiligheidssituatie in Kunduz het onveiligst is vergeleken met andere delen in het noorden van Afghanistan?

10
Wat is de exacte veiligheidssituatie in de provincie Kunduz? Hoe luidt thans het dreigingsniveau voor de provincie Kunduz? Is dit niveau in de provincie Kunduz nog steeds hetzelfde als bij het schrijven van deze brief?

11
Is de algehele veiligheidssituatie en het dreigingsniveau, los van de seizoensgebonden fluctuaties, naar de optiek van het kabinet verslechterd? Zo ja, kan de Kamer (vertrouwelijk) ingelicht worden over de actuele situatie? In hoeverre heeft een eventuele verslechtering van het veiligheidsklimaat invloed op het werk van de Police Operational Mentor and Liaison Teams (POMLT’s) buiten de poort?

12
Hoe beoordeelt u de eerdere berichten over het dreigingsniveau in Kunduz in vergelijking met nu?

Antwoord bewindslieden
Veruit de meeste geweldsincidenten in Afghanistan komen voor rekening van de zuidelijke en oostelijke provincies. Het noorden wordt slechts met een klein percentage van het totale geweld geconfronteerd (omstreeks vier procent). Van de noordelijke provincies zijn Kunduz en Faryab relatief het onveiligst.

De veiligheidssituatie in Kunduz is de afgelopen maanden niet verslechterd. Het aantal geweldsincidenten in de eerste maanden van 2011 ligt lager dan in dezelfde periode van 2010. Wel was er in 2011 een viertal in het oog springende zelfmoordaanslagen. Het dreigingsniveau vanuit een aantal belangrijke locaties in de provincie Kunduz, waaronder uitvalsbases voor opstandelingen, is de afgelopen maanden licht afgenomen. Dit is hoofdzakelijk het gevolg van de aanhoudende druk die Afghaanse en internationale veiligheidstroepen gedurende deze winter in Kunduz hebben uitgeoefend.

De winterperiode en het vroege voorjaar zijn gewoonlijk relatief rustig - conform de seizoensdynamiek wordt die vooral door klimatologische factoren gestuurd. In Kunduz is tegen de achtergrond van deze dynamiek vooralsnog de verwachte activiteitstoename van de Taliban beperkt gebleven. Niettemin is de verwachting dat de activiteiten van de strijders de komende tijd zullen toenemen. Een eventuele verslechtering van het veiligheidsklimaat heeft invloed op het werk van de Police Operational Mentor and Liaison Teams (POMLT’s) buiten de poort. Indien de situatie te onveilig wordt voor de opleiding van civiele Afghaanse politie zal het werk buiten de poort worden teruggeschroefd of (tijdelijk) worden stopgezet.


Geweld voorkomen
Naast de bovenstaande vragen en antwoorden over de veiligheid was er ook een vraag over wat de Afghaanse overheid en de ISAF doen om geweld te voorkomen.

16
Welke activiteiten ondernemen de Afghaanse overheid en ISAF om geweldsincidenten in de provincie Kunduz te voorkomen?

Samen met ISAF is de Afghaanse overheid bezig om de opstandelingen hun vrijheid van handelen te ontnemen. Het Afghaanse leger heeft hierbij de leiding. ISAF ondersteunt door met troepen te partneren met Afghaanse eenheden.

Daarnaast levert ISAF samen met andere internationale spelers zoals EUPOL en het Duitse politietrainingsproject GPPT een bijdrage aan het terugdringen en/of voorkomen van geweldsincidenten door het Afghaanse leger en politie verder op te leiden en te trainen zodat de Afghaanse overheid na 2014 zelf de verantwoordelijkheid voor de veiligheid kan dragen. Met het oog op de naderende transitie zijn opgeleide en getrainde politie- en legereenheden nodig om de veiligheid blijvend te waarborgen.

Het voorkomen van geweldsincidenten in Kunduz waarbij de lokale bevolking slachtoffer kan worden is bij de aanpak van ISAF en de Afghaanse overheid essentieel

dinsdag 19 april 2011

Afghaans parlement bezorgd over moorden op Afghaanse functionarissen

De Afghaanse volksvertegenwoordigers hebben zaterdag scherpe kritiek geuit op de regering omdat die niet in staat is het vermoorden van Afghaanse overheidsfunctionarissen te voorkomen. Ze willen daden zien van de regering in plaats van woorden horen.

Dat meldt de Afghaanse nieuwszender TOLO. De parlementariërs zeiden dat de Afghaanse overheid met woorden speelt wanneer het erop aankomt om de vijanden van vrede en stabiliteit in het land aan te wijzen.

De parlementsleden veroordeelden de recente moord op Khan Mohammad Mujahid, de politiecommandant van de provincie Kandahar, evenals de moord op twee anti-narcotica functionarissen in de provincie. Zij kwamen vrijdag om bij een zelfmoordaanslag. Twee politiesoldaten raakten gewond.

De Taliban eisten de verantwoordelijkheid op voor de aanslag.

De parlementsleden riepen de regering op om de verantwoordelijken voor de moorden op te sporen.

Enkele parlementsleden bekritiseerden de regering vanwege betrokkenheid bij de moord op enkele jihadleiders. Ze voegden daaraan toe dat een veroordeling van de moorden niet voldoende is.

“Gouverneur Omar en Maualana Sayedkheli werden in Kunduz vermoord, Khan Mohammad werd vermoord in Kandahar. Tot nu toe zijn tien parlementsleden vermoord. De Afghaanse veiligheidsdiensten moeten duidelijk maken waar ze staan,” zo zei Yonus Qanuni.

Hij zei dat de regering niet moet spelen met dubbelzinnige termen als “de vijanden van vrede en veiligheid” en duidelijk moet maken wie de vijand is.

Gouverneur Muhammad Omar van de provincie Kunduz kwam vorig jaar oktober om bij een zelfmoordaanslag in Taloqan, de hoofdstad van Takhar, een buurprovincie van Kunduz.

Abdul Rahman Sayedkheli, de politiecommandant van de provincie Kunduz, vond op 10 maart de dood bij een zelfmoordaanslag in Kunduz-Stad.

Met jihadi's, of jihadleiders, worden in Afghanistan wel mensen aangeduid die een vooraanstaande rol speelden in de strijd tegen de Russische bezetting van het land van 1979 tot 1989.

Aanvallen en aanslagen schrijft de Afghaanse overheid vrijwel altijd toe aan "the enemies of peace and security". Internationale media melden dan wel dat dit een aanduiding is voor de Taliban. Maar het kunnen ook wel eens andere opstandelingenbewegingen zijn, de Taliban ontkennen ook wel eens een aanslag.

De afgelopen dagen hebben militanten tal van militaire locaties aangevallen. Deskundigen hebben kritiek op de overheid omdat ze zwak is in het voorkomen van aanvallen van opstandelingen, ondanks de aanwezigheid van tienduizenden buitenlandse troepen.

In oktober 2001 viel een internationale coalitie onder leiding van de VS Afghanistan binnen naar aanleiding van de aanslagen van 11 september op Amerika. Binnen enkele maanden leken de Taliban die aan de macht waren verslagen.

Ondanks dat de buitenlandse troepenmachten van de VS en de NAVO samen met ongeveer 150.000 militairen momenteel op zijn sterkst zijn sinds de oorlog begon, is Afghanistan niet eerder zo onveilig geweest als nu sinds het bewind van de Taliban eind 2001 werd afgezet.

zaterdag 16 april 2011

600 bermbommen geruimd in Kunduz maar dreiging blijft aanwezig

Meer dan 600 bermbommen en geïmproviseerde explosieven zijn de afgelopen vijf maanden in de provincie Kunduz ontdekt en opgeruimd, maar het gevaar is nog niet volledig geweken.

Dat meldt het Afghaanse nieuwsagentschap Pajhwok. De 600 bommen, die vermoedelijk werden geplaatst door de Taliban, werden gevonden in samenwerking met de NAVO in de districten Chardara, Dasht-i-Archi en Imam Sahib, aldus de plaatsvervangend politiechef kolonel Abdul Rahman Aqtash.

Bij 30 bermbomexplosies in de afgelopen vijf maanden kwamen bijna tien mensen om, waaronder drie politieagenten. Negen anderen, waaronder een politieman, vijf burgers en de rest buitenlanders raakten gewond.

Aqtash zei “dat de inwoners blij zijn met de opruimingsoperaties, maar dat ze nog steeds een dreiging vormen”.

Een taxichauffeur vertelde dat men uiterst voorzichtig moest rijden, maar de opruiming heeft geholpen om angst te overwinnen.

Hij zegt wel dat er geruchten zijn dat de Taliban willen proberen om weer bommen op wegen te plaatsen die zijn geschoond van mijnen.

Een regionale Taliban-commandant, die zijn naam niet wilde zeggen, zei dat zijn groepering bommen plaatst op wegen die vaak worden gebruikt door buitenlandse en Afghaanse militairen.

Toen hem werd gezegd dat bommen vaak het leven eisen van burgers, zei hij: “We informeren mensen, maar het kan ze niet schelen.”

Een inwoner van Chardara vertelt dat de Taliban al opnieuw bommen hebben gelegd op wegen die waren geklaard.

De Taliban hebben mensen gezegd niet over wegen te reizen waar bommen zijn geplant, en als er iemand omkomt het de eigen verantwoordelijkheid is van het slachtoffer.

zondag 10 april 2011

NAVO-ISAF-militair gesneuveld in Noord-Afghanistan

Update: Het Amerikaanse ministerie van Defensie maakte op 11 april bekend dat een Amerikaanse soldaat op 10 april sneuvelde in de noordwestelijke provincie Badghis.

Het slachtoffer is de 32-jarige stafsergeant Jose M. Caraballo Pietri uit Yauco in Puerto Rico. Hij overleed aan de verwondingen die hij opliep toen zijn eenheid door opstandelingen werd aangevallen met lichte wapens.

Hij maakte deel uit van het 1st Battalion, 84th Field Artillery Regiment, 170th Infantry Brigade Combat Team uit Baumholder in Duitsland.

Sergeant Pietri werd postuum bevorderd tot stafsergeant.

De provincie Badghis, in het noordwesten van Afghanistan, hoort tot het Regionaal Commando West van de NAVO-ISAF-veiligheidsmacht in het land.

-----
Bij een aanval van opstandelingen in het noorden van Afghanistan is zondag een soldaat van de NAVO-ISAF-veiligheidsmacht om het leven gekomen.

Dat heeft een woordvoerder van de ISAF gemeld. De precieze locatie en de nationaliteit van het slachtoffer werden niet bekendgemaakt. Dat wordt altijd eerst overgelaten aan het land van herkomst van slachtoffers.

In de Noord-Afghaanse provincie Faryab raakten zondag drie ISAF-soldaten uit Noorwegen licht gewond toen ze buiten hun basis onder vuur werden genomen.

Een van de militairen werd geraakt in zijn arm, een ander in zijn dij en de derde werd tegen zwaarder letsel beschermd door zijn kogelvrije vest.

Volgens verslaggevers is de veiligheidssituatie het afgelopen jaar in het noorden van Afghanistan in snel tempo verslechterd. Een groot gevaar vormen zelfmoordaanslagen, bermbommen en hinderlagen van opstandelingen.

Dit jaar zijn 121 buitenlandse soldaten in heel het Centraal-Aziatische land omgekomen.

zondag 3 april 2011

Nederlandse regering reageert geschokt op aanval Mazar-e-Sharif

De Nederlandse regering “reageert geschokt op het geweld dat ook onder VN-medewerkers in Mazar-i-Sharif slachtoffers heeft gemaakt”.

Dat heeft minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken zaterdag laten weten. “Nederland zal zijn condoleances overbrengen aan SGVN Ban ki- Moon. De gedachten van de Nederlandse regering zijn bij de families van de slachtoffers.”

Rosenthal zei: “Het vreedzame werk van de VN is onontbeerlijk voor de wederopbouw van Afghanistan.”

Bij de bestorming van het VN-kantoor in de Noord-Afghaanse stad Mazar-i-Sharif vielen vrijdag zeker twaalf doden, waaronder zeven buitenlandse medewerkers van de VN en vijf Afghaanse burgers.

Woedende demonstranten die betoogden tegen een koranverbranding vorige maand in de VS vielen na het vrijdaggebed het VN-kantoor in de stad aan en staken dat in brand.

Het is de bloedigste aanval in Afghanistan op de VN sinds de oorlog in het land in oktober 2001 begon.

Zie ook:
VN-medewerkers gedood bij aanval in Mazar-e-Sharif

zaterdag 2 april 2011

Noodtoestand in Mazar-e-Sharif uitgeroepen

De Afghaanse autoriteiten hebben in de Noord-Afghaanse stad Mazar-e-Sharif de noodtoestand afgekondigd. Alle wegen in en uit Mazar zijn geblokkeerd en auto’s worden doorzocht.

Dat hebben bronnen binnen de Afghaanse inlichtingendienst aan de BBC gemeld. Gisteren vielen bij een aanval op een kantoor van de VN in Mazar-e-Sharif meer dan tien doden, waaronder zeven buitenlandse medewerkers van de VN.

Het geweld brak uit tijdens een demonstratie tegen de verbranding op 20 maart van een koran in de Verenigde Staten door een dominee.

Bij een demonstratie in de Zuid-Afghaanse stad Kandahar tegen de koranverbranding kwamen zaterdag zeker tien mensen om het leven.

Mullavi Qyamudin Kashaf, een vooraanstaande Afghaanse geestelijke leider, heeft de Amerikaanse autoriteiten opgeroepen om dominee Terry Jones, die aanwezig was bij de koranverbranding, te arresteren en hem als oorlogsmisdadiger te beschouwen.

Hij zei “dat we geweld zullen zien en protesten, niet alleen in Afghanistan maar in de hele wereld, totdat hij is berecht en de hoogst mogelijke straf heeft gekregen”.

Zie ook:
Zeker 7 doden bij aanval op gebouw VN

vrijdag 1 april 2011

Zeker zeven medewerkers VN gedood bij rellen in Mazar-i-Sharif in Noord-Afghanistan

Minstens zeven personeelsleden van de Verenigde Naties zijn vrijdag in de Noord-Afghaanse stad Mazar-i-Sharif om het leven gekomen toen het gebouw van de UNAMA tijdens een demonstratie werd bestormd. Het dodental kan oplopen tot 20.

De VN hebben intussen bevestigd dat zeven van hun medewerkers bij de aanval zijn omgekomen. De VN-Veiligheidsraad zal voor spoedoverleg bijeenkomen.

Generaal Abdul Raouf Taj, de plaatsvervangend politiechef van de provincie Balkh, hield het dodental onder de buitenlandse VN-medewerkers eerder op acht. Hij zei dat er geen onthoofdingen waren.

The Washington Post meldt dat bronnen in New York zeggen dat het aantal slachtoffers waarschijnlijk op zal lopen.

De bronnen wijzen erop dat onder de doden vijf Nepalese Gurkhas zijn van een privébedrijf dat verantwoordelijk was voor de beveiliging van het kantoor, drie internationale VN-ers en minstens tien Afghaanse medewerkers.

Carl Bildt, de Zweedse minister van Buitenlandse Zaken, heeft bevestigd dat onder de doden een Zweed is, de 33-jarige VN-werker Joakim Dungel.

Zweedse media melden dat de Gurhka's het vuur hebben geopend op de aanvallers en daarbij mensen hebben gedood, voordat ze zelf de dood vonden.

Het Noorse ministerie van Defensie heeft gemeld dat onder de slachtoffers een 53-jarige Noorse pilote is. Zij was adviseur van de UNAMA.

Er zijn ook berichten dat twee VN-ers werden onthoofd. Berichten uit Afghanistan kunnen vaak chaotisch zijn en elkaar tegenspreken, omdat media bijvoorbeeld verschillende bestuurders of politiemannen aan het woord laten die afwijkende verhalen kunnen vertellen.

Onder de doden zouden vijf Nepalese bewakers zijn, andere bronnen spreken over Filippijnse bewakers. Volgens de politie van Mazar-e-Sharif zijn onder de dodelijke slachtoffers verder medewerkers uit Noorwegen, Zweden en Roemenië.

Vier relschoppers zouden zijn gedood. Er vielen 100 gewonden. Het geweld hield twee tot drie uur lang aan.

Volgens een woordvoerder van de VN kan het dodental oplopen tot 20.

De directeur van het ziekenhuis in Mazar-i-Sharif zei dat er in totaal 20 gewonde en vijf dode Afghaanse burgers het ziekenhuis binnen zijn gebracht.

Munir Ahmad Farhad, een woordvoerder van de provincie Balkh, zei volgens de BBC dat de aanvallers de wapens van de bewakers te pakken hadden gekregen en het vuur openden voordat ze het gebouw bestormden.

Lala M Ahmadzai, een woordvoerder van de plaatselijke politie, vertelde aan de Britse omroep dat de aanvallers geweren en messen gebruikten.

De demonstranten riepen: “Dood aan de Verenigde Staten, dood aan Israël.”

Demonstratie
In de stad werd betoogd uit woede over dominee Wayne Sapp die op 20 maart in Florida een koran verbrandde.

De koranverbranding vond plaats in het bijzijn van dominee Terry Jones, die in de media wordt omschreven als een extremist.

De demonstratie in Mazar vond plaats na het vrijdagsgebed en verliep aanvankelijk vreedzaam. Maar demonstranten bestormden vervolgens een kantoor van de VN en staken het gebouw in brand.

Het gebeurde onder het oog van de politie, die in de lucht schoot en versterkingen opriep.

Betogers bestormden een kantoor van de VN, schoten op de bewakers en staken het gebouw in brand. De slachtoffers zaten vast in het gebouw. Twee van de slachtoffers werden onthoofd, zegt de Afghaanse politie.

Een vooraanstaande Afghaanse geestelijke, Mullavi Qyamudin Kashaf, heeft de Amerikaanse autoriteiten opgeroepen om Jones te arresteren, hem als oorlogsmisdadiger te beschouwen en hem de hoogst mogelijke straf te geven.

Hij zei “dat we geweld zullen zien en protesten, niet alleen in Afghanistan maar in de hele wereld, eer hij is berecht en de hoogst mogelijke straf heeft gekregen”.

Mazar-e-Sharif werd beschouwd als een van de veiligste plaatsen in Afghanistan, zo meldt een verslaggever van de BBC.

Vrijdag werden in verschillende Afghaanse steden, waaronder ook in de noordwestelijke stad Herat en de hoofdstad Kabul, protesten georganiseerd in het kader van “Een Dag van Woede”.

Daders
De gouverneur van de provincie Balkh, Ata Mohammed Noor, schreef de aanvallen toe aan strijdkrachten van de opstandelingen, die de situatie hebben uitgebuit.

Maar Mullah Akbar, de Talibancommandant van de aangrenzende provincie Kunduz, vertelde aan Channel 4 News dat plaatselijke Afghanen verantwoordelijk zijn. Hij prees wel de geestdrift van de aanvallers en zei ze te steunen.

De Afghaanse politie beweert dat ze het vermoedelijke brein achter de aanslag hebben gearresteerd, een man uit de provincie Kapisa. Hij is een van de twintig mensen die direct na de aanslag werden opgepakt.

UNAMA
De United Nations Assistance Mission in Afghanistan (UNAMA) zegt dat hun operatiecentrum in Mazar-i-Sharif is aangevallen. Volgens woordvoerder Dan McNorton van de hulpmissie voor Afghanistan is de situatie verwarrend.

De Speciale Gezant van de VN voor Afghanistan, Staffan de Mistura, is op weg naar Mazar-i-Sharif om ter plekke de situatie te bekijken.

De VN-Veiligheidsraad zal voor spoedoverleg bijeenkomen. Vorige week verlengde de raad de UNAMA-missie met een jaar.

De UNAMA houdt zich in Afghanistan onder meer bezig met de mensenrechtensituatie, het bevorderen van een goed bestuur, het verlenen van humanitaire hulp en ondersteuning van de strijd tegen corruptie.

VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon en de Amerikaanse president Barack Obama hebben de aanval op het VN-gebouw scherp veroordeeld.

Mazar-i-Sharif is de hoofdstad van de provincie Balkh, een buurprovincie van Kunduz. In de stad zijn momenteel Nederlandse kwartiermakers gestationeerd die op een NAVO-basis verblijven.


Zie ook:
Dodental bij verschillende demonstraties opgelopen tot 30
Nederlandse regering reageert "geschokt"
Zweedse VN-werker onder dodelijke slachtoffers
Noorse pilote onder doden aanval op VN-kantoor
VN-Veiligheidsraad veroordeelt dodelijke aanval in Mazar-e-Sharif
Noodtoestand in Mazar-e-Sharif afgekondigd
VN-chef Ban Ki-moon condoleert nabestaanden VN-slachtoffers